Een bijzondere plek met historie

Achter de Barakken 35 omstreeks 1960. Anno 2013 zijn de bomen volwassen geworden of allang vervangen.

Eeuwen geleden maakte het huis deel uit van het klooster van Sint Andries. Het klooster, waarvan de prachtige kapel nog altijd bestaat, ontstond in de middeleeuwen als een vestiging van begijnen. In een hoek van de kloostertuin hadden de kloosterlingen een grote waterput gegraven. De put lag tegen de tuinmuur aan en was overdekt met een houten afdak. Die monumentale, mergelstenen put is nog steeds te zien in de kelder van het huis. Omstreeks 1690 is de put gedempt en is er een keldergewelf overheen gebouwd. Daarop werd waarschijnlijk pas rond 1760 de begane grond opgetrokken. Het klooster werd in 1796 opgeheven en verkocht. Maar toen was het huis al een woonhuis, want er is een huurcontract uit 1795 van bewaard gebleven. Rond 1890 is er een verdieping op gebouwd. In die periode werd beneden ook een café ingericht met een eigen voordeur. Het café moet niet lang hebben bestaan, want het grootste deel van de twintigste eeuw is het huis een woonhuis voor meerdere gezinnen. Vanaf 1989 tot 2000 is het in gebruik als studentenhuis. In 2000 is het door ons aangekocht en in de jaren 2001-2003 ingrijpend gerestaureerd, verhoogd met een tweede verdieping en ingericht als woon- en werkhuis. Het was een bijzonder restauratieproject, omdat er zo weinig mogelijk historische elementen vervangen werden, maar 'aangevuld' met nieuwe elementen zodat het huis zijn eeuwenoude sfeer kon blijven ademen, maar wèl met hedendaags comfort. Bewust is het huis zo flexibel mogelijk ingedeeld. Kamers kunnen gemakkelijk van functie wisselen, samengevoegd of gesplitst worden, zonder dat er ingrijpende verbouwingen aan vooraf hoeven te gaan.

Het huis vóór de restauratie...


...en na de restauratie! Op de voorgrond het beeld 'Juichend kind' van Charles Eyck. Eyck gebruikte rond 1950 een tijdlang de Andrieskapel achter het huis als atelier.